Locatie Meeuwenlaan: “Het lesgeven hier is heel persoonlijk, maar ook zwaar”

Locatie Meeuwenlaan: “Het lesgeven hier is heel persoonlijk, maar ook zwaar 

Het MBO College Noord op de Meeuwenlaan in Amsterdam is een nog vrij jonge schoolEr wordt inmiddels pas een jaar lesgegeven. De school is speciaal gemaakt voor opleidingen op niveau 1: opleidingen voor leerlingen zonder (in Nederland geldige) diploma’s. De school staat bekend om haar kleinheid en intieme sfeer tussen docent en student. Niels Compier werkt al acht jaar voor het ROCvA en is docent metaaltechniek en mentor. Hij vertelt over de locatie en hoe het is om te werken op zo’n school. 

 

Hoe is het om les te geven op zo’n kleine en intieme school? 

“Ik vind het heel leukJe zit in het bos dus je hebt eigenlijk niet het gevoel dat je onderdeel uitmaakt van MBO College Noord. Wat ook leuk is, is dat we kleine klassen hebben. Dat maakt het heel overzichtelijk. In gebouwen zoals die van Gare du Nord kom je zoveel leerlingen tegen, op de Media & Redactie-opleiding alleen al heb je het dubbele van wat hier rondloopt. Hier is het dus veel persoonlijker. Je hebt veel leraren en ‘weinig’ leerlingen. Daardoor kunnen we snel handelen met het type leerlingen dat we hier hebben. 

Wat zijn de opleidingen die er kunnen worden gevolgd en hoe worden die gehouden? 

“Metaaltechniek, installatietechniek, elektrotechniek, bouw en mobiliteit. De eerste tien weken heb je verdieping in alles wat we aanbieden. Daarna zijn ze weer tien weken bezig met hun eigen keuze. Dan gaan ze op stage en zijn ze drie dagen op stage en twee dagen op school. Uiteindelijk zijn ze in totaal 600 uur op school en 400 uur op stage. Dat kan allemaal zo snel, want wij leren ze hier echt de basis en dan leren ze op hun stage hoe het is om te werken bij een echt bedrijf.” 

Wat voor soort leerlingen zitten er op een school als deze? Hoe ziet die verdeling eruit? 

“Er beginnen per jaar zes groepen van zestien leerlingen, vier groepen starten er nog na de zomervakantie en nog twee in begin februari. Ik werk hier nu acht jaar en toen hadden we te maken met de ‘probleemleerlingen’. Die hadden geen diploma gehaald in Nederland en sommige hadden ook geen zuivere achtergrond. Sommige hadden ook gewoon pech en konden er niks aan doen door hun privésituatie. Daardoor moet je sterk in je schoenen staan als leraar en dan moet je een programma ervoor maken. Want hoe zorg je ervoor dat ze het leuk vinden en dat ze wel een diploma halen. Je moet ervoor zorgen dat ze wel gaan leren, wel gaan werken en niet de criminaliteit in gaan. Wat we nu zien zijn vooral nieuwe Nederlanders uit landen als Syrië, Eritrea en Congo. Die hebben heel veel gezien en er trauma’s aan overgehouden. Daar moet je ook je programma voor aanpassen.” 

Krijgen die leerlingen daar professionele hulp voor op school? 

“Ja, voor iedereen hier is er professionele hulp. We hebben een heel goed intakegesprek waarin we vragen: ‘Waarom heb je geen diploma?’. Misschien hebben ze een achtergrond waarin ze vast hebben gezeten. We vragen ook hoe het is geweest om uit het buitenland te moeten vluchten. Heel veel hebben namelijk een trauma. Als je dit dan al weet kan je bedenken wat deze leerling nodig heeft om een diploma te halen. Dat maakt ook deel uit van het persoonlijke, want we zijn echt bezig met het individu en niet de groep. Aan het einde van het jaar weten we ook echt de volledige achtergrond en basisinformatie van zo’n leerling.” 

Wat vind je vooral de voor- en nadelen van het werk? 

Het voordeel is, vind ik, dat het heel persoonlijk is dan andere scholen. Het nadeel is wel dat het heel zwaar is. Je krijgt zoveel ellende over je heen. Als je over zo’n verhaal een film zou maken, dan durf ik niet te kijken. Het zijn oorlogstrauma’s die je gewoon niet kan verzinnen. Wel voel je je beter, want je bedenkt dan bij jezelf wat je allemaal hebt. Zij lachen om onze problemen, wat eigenlijk dus geen problemen zijn.” 

Wat vinden leerlingen ervan dat ze dan hier kunnen bouwen aan hun toekomst? 

“Ze zijn blij dat ze in een land komen waar als het ware alles kan. Dat je ze hier kan helpen om naar de toekomst te kijken. Hier kunnen ze dus allemaal in de techniek aan het werk.” 

~ Terrence Riepma & Daan van Dorp 

 

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.